Onderhoud

Zowel rijbodems als andere oefenterreinen zoals paddocks moeten regelmatig worden gemaaid en ontdaan van andere onzuiverheden op de bodem, zoals bladeren. Anders kunnen deze organische onzuiverheden bijvoorbeeld schimmels en bacteriën in de bodem veroorzaken, wat gezondheidsproblemen voor de paarden kan veroorzaken. Bovendien kan de afbraak van organisch materiaal in de bodem leiden tot meer stofvorming. Naast reiniging omvat het onderhoud van de rijbodem ook het regelmatig gladmaken van de hoeven en het egaliseren van de hele bodem met een geschikte spoorverbetering.

De frequentie is afhankelijk van de intensiteit van het gebruik: Hoe vaker de rijbodem wordt gebruikt, hoe vaker de bodem moet worden gesleept en dus opnieuw geëgaliseerd. Idealiter wordt het oppervlak eerst geëgaliseerd en vervolgens besproeid, zodat het vocht gelijkmatig over het oppervlak wordt verdeeld.

Naast regelmatig maaien en hakselen is besproeiing van het rijoppervlak een must. Het ideale besproeiingsniveau is vaak moeilijk in te schatten, omdat de besproeiingsbehoefte afhangt van de gebruiksintensiteit en de weersomstandigheden en dus varieert. Als algemene regel geldt dat de bodem altijd een gelijkmatig basisvochtgehalte moet hebben. Water heeft een stabiliserende en bindende eigenschap voor het rijzand, zodat de functionaliteit van het rijzand alleen kan worden gegarandeerd met voldoende water in de bodem. We raden aan om de rijbodem regelmatig te besproeien, maar niet te veel. Als het oppervlak te veel water krijgt, spoelen de fijne deeltjes die het rijoppervlak samenvoegen en voor stabiliteit zorgen weer aan, waardoor het oppervlak instabiel kan worden. Te weinig water heeft echter ook een negatief effect op de functionaliteit en de rijeigenschappen, omdat het rijzand te diep wordt als het droog is. In beide gevallen worden het loopvlak en de afschuifsterkte negatief beïnvloed.

Er is een eenvoudige truc om de optimale vochtigheidsgraad van de ondergrond te bepalen: neem wat van de bovenste laag zand en vorm er met de hand een bal van. Deze mag niet verkruimelen (te droog) of smelten (te nat).

Als je het gevoel hebt dat de bodem ongelijk is of dat er golven in de bodem zijn ontstaan, moet de rijbodem opnieuw worden uitgelijnd met een lasergrader. Oneffenheden in de rijbodem kunnen worden veroorzaakt door bijvoorbeeld longeren, meer rijden op de hoef of het eenzijdig gebruik van een cirkel en moeten worden gecorrigeerd zodat de rijbodem overal dezelfde dikte heeft. De bodemlaag moet daarom indien nodig ook worden opgevuld.

Bij het bouwen van een nieuwe rijbodem of het volledig vernieuwen van de fundering heeft het zand enige tijd nodig om goed te “bezinken”, d.w.z. te verdichten en in elkaar te grijpen. Het is dan vooral belangrijk dat de bodem regelmatig wordt gesleept en bewaterd.